Behandelingen > Honden

Vaccineren

Het is belangrijk om uw hond te laten inenten voor bepaalde hondenziektes. Zo voorkomt u ernstige gevolgen van de veelvoorkomende hondenziektes.

Bij Jessy dierenarts hanteren we een vaccinatieschema, waardoor uw hond altijd zo goed mogelijk beschermd is tegen deze ziektes.

 

Basisvaccinatieschema
Leeftijd Vaccinatie
6 weken Hondenziekte + Parvo
8-9 weken Leptospirose Parvo Besmettelijke hondenhoest
12-13 weken Leptospirose Hondenziekte Leverziekte + Parvo Rabiës
12 maanden Leptospirose Hondenziekte Leverziekte + Parvo Besmettelijke hondenhoest
Jaarlijks vaccinatieschema
Leeftijd Vaccinatie
2 jaar Leptospirose Besmettelijke hondenhoest
3 jaar Leptospirose Besmettelijke hondenhoest Rabiës
4 jaar Leptospirose Hondenziekte Leverziekte + Parvo Besmettelijke hondenhoest
5 jaar Leptospirose Besmettelijke hondenhoest
6 jaar Leptospirose Besmettelijke hondenhoest Rabiës
7 jaar Leptospirose Hondenziekte Leverziekte + Parvo Besmettelijke hondenhoest
8 jaar Leptospirose Besmettelijke hondenhoest
Etc.

Fokkers

Klik op de knop “6 weken vaccinatie” om het formulier te downloaden

Afspraak maken voor uw hond

Bel onze praktijk op 0165 - 854 324 om een afspraak voor vaccinatie in te plannen.

Ontwormen hond

Ontwormen is tijdens het hele leven van uw vierpotige vriend belangrijk, al kunnen wormen voor puppy’s extra gevaarlijk zijn, omdat dit tot blijvende schade kan leiden. We hebben per levensfase verschillende adviezen voor u opgesteld. Onze adviezen zijn gebaseerd op de richtlijnen van het ESCCAP.

Pup
Vooral bij puppy’s is de kans op een wormenbesmetting groot, ze worden hier namelijk vaak mee geboren. Daarnaast kan een pup via de moedermelk besmet raken. We adviseren om uw pup vanaf 2 weken tot 2 maanden oud iedere 2 weken te ontwormen. Pups tussen de 2 en 6 maanden oud laat u iedere maand ontwormen en honden vanaf 6 maanden oud laat u iedere 3 maanden ontwormen.

Volwassen hond
Gezonde volwassen honden kunt u het beste elke 3 maanden te ontwormen. Indien uw hond vatbaarder is voor wormen, doet u er verstandig aan om vaker een kuur toe te dienen. Als u hond vers vlees eet of een echte jager is vraag dan advies aan uw dierenarts voor een goed ontwormschema opmaat gemaakt voor uw hond.

Meer informatie over ontwormen?

Bel onze praktijk op 0165 - 854 324 om u te laten informeren.

Sterilisatie hond

Het laten steriliseren van uw hond kent vele voordelen. Allereerst wordt uw viervoeter niet langer twee keer per jaar loops en voorkomt u ongewenste zwangerschappen. Ook verkleint u de kans op melkkliertumoren en baarmoederontstekingen. Bij Jessy Dierenarts voeren ervaren dierenartsen sterilisaties uit.

Wat is steriliseren?
Met sterilisatie zorgen we ervoor dat uw hond niet langer nestjes pups kan krijgen. We nemen de eierstokken in zijn geheel weg. De behandeling lijkt daarin ook veel op een castratie.

Voor en nadelen van de sterilisatie van een hond
Door uw hond te laten steriliseren, voorkomt u natuurlijk ongewenste nestjes pups. Ook aandoeningen als baarmoederontsteking, melkkliertumoren en suikerziekte kunnen na sterilisatie niet meer optreden. Tot slot wordt uw hond niet meer loops en heeft u geen omkijken meer naar de bloedvloeiingen en onrustig gedrag tijdens die periode.

Een sterilisatie kent geen fundamentele nadelen. We brengen uw hond onder narcose en voeren de behandeling uit. Wel kan uw viervoeter sneller aankomen na de operatie en kunnen kleine gedragsveranderingen plaatsvinden door het ontbreken van hormonen. Tevens kan incontinentie optreden. Deze kans verkleinen we echter door uitsluitend de eierstokken te verwijderen en de sterilisatie na de eerste loopsheid uit te voeren. Bij langharige rassen kan er een vachtverandering optreden.

De sterilisatie, hoe werkt het?
Op de dag van de sterilisatie brengt u uw hond naar de praktijk. We luisteren eerst naar de longen en het hart en we wegen uw hond. Vervolgens dienen we het narcosemiddel toe. Als ze eenmaal in slaap is, geven we haar antibiotica en pijnstilling. We scheren het gebied rond de buik kaal en we brengen haar naar onze operatiekamer. Daar wassen, ontsmetten en desinfecteren we het geschoren gebied en dekken we alles af met steriele doeken. We maken een minimale incisie in de huid van de buik en dan openen we de buikwand. We gebruiken en speciale haak (sterilisatiehaak) om de eierstokken in zijn geheel te verwijderen. Is de baarmoeder verdikt, dan verwijderen we die ook. We brengen inwendige hechtingen aan en we laten uw hond rustig bijkomen in onze recovery. Zodra ze weer mee naar huis mag, bellen we u.

Nazorg en voeding
Na de behandeling houden we uw hond enkele uren in onze praktijk om bij te komen. Zodra ze rondloopt, nemen we haar mee naar buiten voor een plas. Als dat allemaal goed gaat, mag u haar komen halen. In de uren na de sterilisatie mag uw hond alleen wat drinken, Eventueel ’s avonds wat brokjes. In verband met misselijkheid door de narcose kunt u beter niet te snel voedsel aanbieden.

De dag na de operatie
De dagen daarna geeft u pijnstilling en mag u normaal voer aanbieden. Let erop dat uw hond goed op u blijft reageren en dat de huid mooi roze blijft. Is uw hond erg sloom en reageert ze slecht tot niet? Neem dancontactop met onze praktijk. In het geval van spoedzijn we buiten onze openingstijden te bereiken via 0165854324. De hechtingen zitten onderhuids, dus u kunt zelf niet in de gaten houden of ze scheuren of niet. Daarom moet uw hond 10 dagen na de behandeling rustig aan doen. Dat betekent dat u een korte lijn gebruikt bij het uitlaten en dat ze niet mag springen of zwemmen.

Medicatie en hechtingen
De eerste paar dagen na de sterilisatie geeft u hond pijnstillers om de pijn te onderdrukken. Blijf ook de wond en de huid daar omheen goed in de gaten houden. Tijdens de operatie hechten we de wond inwendig. De hechtingen lossen dus vanzelf op en hoeven niet in de praktijk verwijderd te worden. In sommige gevallen brengen we één of twee uitwendige hechtingen aan. Wanneer dit het geval is dient u na ongeveer 10 dagen met uw hond terug te komen naar onze praktijk om de hechtingen te laten verwijderen.

Wanneer kunt u uw hond het beste laten steriliseren?
Om urinewegproblemen te voorkomen adviseren we uw hond na haar eerste loopsheid te steriliseren, dus met 6 à 7 maanden. Na de eerste loopsheid is ze namelijk geslachtsrijp. Ervaring leert ons dat we de eierstokken bij jonge pups het gemakkelijkste weg kunnen halen en dat de kans op complicaties zo klein mogelijk is.

Net als bij oudere mensen is het risico op complicaties bij oudere honden groter als het gaat op een operatie. We adviseren dan ook vaak om uw hond al na haar eerste loopsheid te laten steriliseren. Vanuit medisch oogpunt kan het nog steeds verstandig zijn om uw oudere hond te laten helpen, omdat u daarmee de kans op ontstekingen en baarmoederaandoeningen verkleint.

Afspraak maken voor uw hond

Bel onze praktijk op 0165 - 854 324 voor meer informatie over steriliseren.

Castratie hond

Overweegt u een castratie bij uw hond, maar weet u niet zeker of het de juiste beslissing is? Het castreren van uw hond kan ervoor zorgen dat hij aangenamer in de omgang wordt en minder dominant gedrag vertoont. We bieden u graag betrouwbare informatie over de castratie van een hond en informeren u over de voor- en nadelen. Zo weet u zeker dat u een weloverwogen beslissing neemt. Als u besluit om uw hond te laten castreren, dan kunt u terecht bij Jessy dierenarts. Onze dierenartsen hebben jarenlange ervaring en helpen uw hond graag verder.

Welke castraties zijn er?
Bij een chirurgische castratie worden de zaadballen van de reu geheel weggenomen. Het onvruchtbaar maken van een teef heet in feite ook een castratie, maar noemt men meestal sterilisatie.

Naast chirurgische castratie kan er gekozen worden voor tijdelijke castratie d.m.v. een implantaat Suprelorin®. Dit implantaat wordt, net als een identificatiechip, onderhuids aangebracht met een dikke naald. De reu wordt door de hormonen in het implantaat onvruchtbaar gemaakt gedurende 6 tot 12 maanden. Er kan bijvoorbeeld voor een implantaat gekozen worden om te testen of een chirurgische castratie het gewenste effect oplevert of bij dieren die een sterk verhoogd narcose-risico hebben.

Wanneer castreren?
Een reu kan gecastreerd worden als hij een half jaar oud is.

Direct na de castratie
Na afloop van de operatie houden we uw reu een aantal uur ter observatie in onze praktijk. We wachten tot hij goed wakker is en zelfstandig kan lopen. Als hij goed kan lopen laten we hem buiten even een plas doen. Gaat dit goed dan mag hij weer naar huis toe.

Thuis na de ingreep
Eenmaal thuisgekomen mag de hond alleen drinken. ’s Avonds mag hij een klein beetje eten. Dit komt omdat uw hond na de ingreep misselijk kan zijn van de narcose en het gevaar op verslikken nog aanwezig is.

De dag na de castratie
De dag na de operatie mag uw hond weer normaal eten. Het is van belang dat u de dagen na de castratie goed op uw hond let. Hij zal uiteraard nog wat suf zijn van de narcose, maar hij moet goed op u blijven reageren. Daarnaast moet zijn huid mooi roze zijn. Reageert uw hond erg sloom? Dan is het verstandig om contact op te nemen met de praktijk. Tot slot geeft u uw hond de eerste paar dagen na de castratie pijnstillers.

De eerste weken na de operatie
De dag na de operatie mag uw hond weer normaal eten. Het is van belang dat u de dagen na de castratie goed op uw hond let. Hij zal uiteraard nog wat suf zijn van de narcose, maar hij moet goed op u blijven reageren. Daarnaast moet zijn huid mooi roze zijn. Reageert uw hond erg sloom? Dan is het verstandig om contact op te nemen met de praktijk. Tot slot geeft u uw hond de eerste paar dagen na de castratie pijnstillers.

Afspraak maken voor uw hond

Bel onze praktijk op 0165 - 854 324 voor meer informatie over castratie.

Canine distemper/ hondenziekte

Canine distemper, ook bekend als ‘hondenziekte’ is een zeer besmettelijke virusziekte van honden die over de hele wereld voorkomt. Het wordt overgebracht door middel van besmette neus-, of ooguitvloeiing, besmette ontlasting, urine of speeksel.

Symptomen hondenziekte
Koorts, neus- en ooguitvloeiing, geen eetlust. Hierna kan braken en diarree optreden, de hond kan gaan hoesten of benauwd worden en zenuwverschijnselen vertonen. Soms zijn alleen zenuwverschijnselen zichtbaar, zonder voorafgaande ziektegeschiedenis. Ook kan verharding van de voetzolen en de neusspiegel optreden.
Deze ziekte kent vaak een dodelijk verloop. Pups van 3 tot 6 maanden zijn het gevoeligst maar volwassen dieren kunnen ook Canine Distemper krijgen.

Afspraak maken voor uw hond

Bel onze praktijk op 0165 - 854 324 indien u vermoedt dat uw hond lijdt aan hondenziekte.

Parvo

Het parvovirus is ontdekt in 1978. Dit ontzettend besmettelijke virus wordt overgebracht door contact met ontlasting van besmette dieren. Het is een behoorlijk resistent virus en het kan tot zelfs enkele maanden overleven in de omgeving. Doberman Pinschers, Rottweilers, Pitbulls en Labrador Retrievers zijn mogelijk gevoeliger dan andere rassen.

Symptomen Parvo
Het verloop van de ziekte wordt bepaald door de hoeveelheid en het ziekteverwekkend vermogen van het virus en de weerstand van de hond. De eerste symptomen worden meestal 5-12 dagen na infectie vertoond. De meest gebruikelijke symptomen zijn erg braken en erge diarree, het laatste met of zonder bloedbijmenging. Deze symptomen gaan vaak gepaard met gebrek aan eetlust, koorts en sloomheid. Parvo komt het meest voor bij jonge honden maar kan op elke leeftijd voorkomen.
Honden die direct intensieve ondersteunende therapie krijgen kunnen de ziekte overleven. In jonge honden en gevallen waarbij complicaties en secundaire infecties optreden kan de ziekte een minder gunstig verloop hebben, de hond kan zelfs overlijden.

Afspraak maken voor uw hond

Bel onze praktijk op 0165 - 854 324 indien u vermoedt dat uw hond lijdt aan Parvo.

Rabiës (buitenland enting)

Alle honden, katten en fretten moeten minstens 21 dagen voor vertrek ingeënt zijn tegen rabiës (hondsdolheid). De dierenarts moet dit aantekenen in het paspoort. Een rabiësvaccinatie is geldig voor 1 tot 3 jaar, afhankelijk van het gebruikte vaccin. Informatie hierover kunt u krijgen via uw dierenarts.

Deze ziekte is beter bekend als ‘hondsdolheid’ en wordt overgebracht door de beet van een geïnfecteerd dier. Vleermuizen, wasberen en vossen vormen het reservoir voor deze ongeneeslijke ziekte.

Symptomen hondsdolheid
Het kan 1 week tot 8 maanden duren voor een besmet dier de kenmerkende symptomen vertoont. Het dier kan slomer worden of juist erg agressief, veel speeksel produceren en moeite met slikken krijgen. Ook vertonen dieren met rabiës vaak neurologische verschijnselen zoals dronkemansgang en verlammingsverschijnselen. Als eenmaal deze neurologische verschijnselen opgetreden zijn overlijdt het dier meestal binnen 7 dagen.

Afspraak maken voor uw hond

Bel onze praktijk op 0165 - 854 324 voor meer informatie over Rabiës.

De ziekte van Weil

Een andere naam voor deze ziekte is Leptospirose. Het wordt overgebracht via urine van zogeheten gastdieren. Dit zijn meestal ratten die niet ziek worden van Leptospira maar deze ziekte wel verspreiden door met hun urine bijvoorbeeld water, grond en voedsel te besmetten.

Symptomen ziekte van Weil
De ziekte kan zonder duidelijke verschijnselen verlopen maar ook zorgen voor gebrek aan eetlust, sloomheid, koorts, braken en diarree, snelle hartslag en snelle ademhaling en (punt)bloedingen.

Doordat het organisme zich voornamelijk vermeerdert in de nieren en de lever kan chronische nier- en/of leverziekte ontstaan. Leptospirosis kan ook de dood van de hond tot gevolg hebben.

Afspraak maken voor uw hond

Bel onze praktijk op 0165 - 854 324 voor meer informatie over de ziekte van Weil.

Kennelhoest

Kennelhoest is een hoogst besmettelijke, acute ziekte van de voorste luchtwegen die door één of meer ziekteverwekkers veroorzaakt wordt. Deze ziekteverwekkers zijn: het Paraïnfluenza virus, het Canine Adenovirus type 2 en de bacterie Bordetella Bronchiseptica. Andere, secundaire ziekteverwekkers kunnen de ziekte verder compliceren.

Deze ziekte heeft de naam kennelhoest gekregen doordat honden die de ziekte krijgen vaak recent in een pension of vergelijkbare instelling zijn geweest.

Symptomen kennelhoest
Bijna altijd treedt als eerste een flinke, niet productieve hoest op die vaak verergert na inspanning of door druk op de hals door bijvoorbeeld de halsband. Kokhalzen en neusuitvloeiing kunnen ook voorkomen. Honden met kennelhoest zijn meestal niet algemeen ziek, alhoewel koorts wel kan voorkomen.

Bij jonge pups, honden met verminderde weerstand, honden met bestaande luchtwegproblemen komen de meeste complicaties voor zoals longontsteking of verergering van de bestaande problemen.

Afspraak maken voor uw hond

Bel onze praktijk op 0165 - 854 324 om uw hond in te laten enten tegen kennelhoest.

Infectieuze canine hepatitis

Dit is een wereldwijd verspreide, voor honden besmettelijke leverziekte en wordt overgebracht door besmette ontlasting, urine, neusuitvloeiing, bloed en speeksel. Het virus kan lang in de omgeving overleven en kan wel één jaar voorkomen in de urine van verder herstelde honden.

Symptomen Canine Hepatitis
De symptomen variëren van een lichte koorts tot het overlijden van het dier. De eerste verschijnselen zijn meesta koorts, sloomheid en niet willen eten. Vaak hebben ze een gevoelige buik en een enkele keer hoest de hond. Tekenen van leverfalen kunnen optreden waaronder braken, geelzucht, neurologische verschijnselen en verhoogde bloedingsneiging.

Als een hond hersteld is kan hij/zij blijvende veranderingen van het hoornvlies en nierbeschadiging over houden. Jonge honden zijn het gevoeligst.

Meer informatie over canine hepatitis?

Bel onze praktijk op 0165 - 854 324 voor antwoord op uw vragen.

Gebitsproblemen

Vier van de vijf honden ouder dan 3 jaar last hebben van gebitsproblemen. Voor een eigenaar is het soms lastig om het gebit van de hond te bekijken. Bij Jessy dierenarts kunnen we het gebit van uw hond verzorgen en onderhouden.

Symptomen gebitsproblemen
Bij ernstige gebitsproblemen komt er vaak een vieze lucht uit de bek, het dier wil minder graag (harde) brokken eten of kwijlt veel. Helemaal stoppen met eten gebeurt zelden, dus dat is geen goede maatstaf. Naast het ongemak en de pijn in de bek kunnen gebitsproblemen ook in de rest van het lichaam ontstekingen veroorzaken. Het is dus erg ongezond.

Jaarlijkse controle
Tijdens de jaarlijkse controle bekijken we het gebit altijd. Wanneer we zien dat er problemen zijn, overleggen we dit met de eigenaar. In sommige gevallen is er te weinig tandsteen om het te verantwoorden om het dier onder narcose te brengen, hier zullen we het advies geven af te wachten, alvast eventuele maatregelen te nemen (bijvoorbeeld tandenpoetsen, ander voer, voedingssupplementen) en over een bepaalde tijd het gebit opnieuw te beoordelen. Ook in de spreekkamer is het soms niet goed mogelijk om alle tanden en kiezen goed te bekijken. Bijvoorbeeld omdat de patiënt niet goed meewerkt of er te veel tandsteen aanwezig is om de toestand van onderliggende elementen te kunnen beoordelen. Wanneer we dat nodig vinden, kunnen we adviseren om dit onderzoek onder narcose te doen. Meestal vindt dan direct aansluitend de gebitsbehandeling plaats.

Behandeling van gebitsproblemen
Zodra er sprake is van ontstoken tandvlees, rotte en/of loszittende kiezen dan adviseren we een gebitsbehandeling. We brengen het dier onder narcose en halen eerst met tandheelkundig instrumentarium (handmatig en ultrasoon) al het tandsteen weg. Pas daarna kunnen we goed beoordelen of er redenen zijn om elementen te trekken. Soms liggen er wortels bloot, zijn er ontstoken wortels, afgebroken kiezen of op andere manieren aangetaste elementen. Alle tanden en kiezen die klachten opleveren en geen functie meer hebben kunnen beter getrokken worden. Honden kunnen ook zonder tanden en kiezen nog prima eten, ze slikken de (harde) brokken dan gewoon in één keer door.

Heeft uw hond gebitsproblemen?

Bel onze praktijk op 0165 - 854 324 om een afspraak in te plannen.

Heeft uw hond iets raars gegeten?

Sommige speeltjes, medicijnen en vieze dingen zoals rotte vis schijnen gewoon aantrekkelijk te zijn, zeker voor jonge honden. Gelukkig gaat het meestal goed en kunnen we indien nodig de patiënt laten braken. Een operatie is zelden nodig. Maar ook hier geldt natuurlijk: liever voorkomen dan genezen. Let dus goed op dat ‘gevaarlijke’ dingen extra goed opgeborgen zijn. Wees vooral voorzichtig met:

  • Medicijnen voor dieren. Deze hebben soms een lekker smaakje, waardoor het extra aantrekkelijk is om het doosje of potje open te breken of de pillen met doosje en al op te eten.
  • Medicijnen voor mensen. Geef nooit uw eigen medicatie aan uw huisdier.
  • Chocolade inclusief de verpakking. Vooral pure chocolade is gevaarlijk omdat dit de grootste hoeveelheid van het giftige theobromine bevat.
  • Kleine speeltjes zoals stuiterballen en lege ballonnen.
  • Kadolintjes en touwtjes. Deze kunnen om de tong vast komen te zitten of ernstige problemen in de darmen veroorzaken.
  • Etensresten zoals vlees met botjes en vlees met satéprikkers erin.
  • Schoonmaak- en wasmiddelen, ook bijv. algenverwijderaar. Deze worden soms opgelikt waardoor er irritatie van het mondslijmvlies optreedt. Ook kunnen ze neurologische klachten veroorzaken.
  • Ongediertebestrijding: ratten-, mieren-, slakkengif.

Bovenstaande lijst is verre van compleet natuurlijk. Regelmatig horen ook wij weer iets nieuws, voor sommige dieren schijnt het gewoon een sport te zijn om iets raars te eten. Wanneer u zeker weet dat uw dier iets vreemds gegeten heeft of u heeft het vermoeden dat het zo is, twijfel niet en bel ons meteen. Houdt een eventuele verpakking bij de hand. We zullen u adviseren over een eventuele behandeling en kunnen indien nodig het Vergiftigingencentrum bellen.

Geef uw dier NOOIT zout in de bek om hem/haar te laten braken. Er zijn meerdere gevallen van zoutvergiftiging bekend omdat het dier het gegeven zout niet uitbraakte. Dierenartsen hebben speciale medicatie om dieren onder deskundige begeleiding te laten braken en zo de risico’s te minimaliseren.

Heeft uw hond iets raar gegeten?

Bel onze praktijk op 0165 - 854 324 voor advies.

Blaasontstekingen bij de hond

Vaak plassen, veel aandrang, kleine beetjes plassen of bloed plassen, het zijn allemaal symptomen van een blaasontsteking bij de hond. Blaasontsteking bij honden komt regelmatig voor, voornamelijk bij teefjes omdat de plasbuis van de teef relatief kort en wijd is. Daardoor hebben bacteriën er niet zoveel moeite mee om van buitenaf via de plasbuis in de blaas terecht te komen.

Behandeling van blaasontsteking
Als uw hond verdacht wordt van een blaasontsteking willen we altijd een urineonderzoek doen van zo vers mogelijke urine. Dit kunt u bij een teefje soms lastig opvangen, maar met behulp van bijvoorbeeld een pollepel of een speciaal urine-opvangsysteem is het eigenlijk altijd wel mogelijk. De urine van uw hond onderzoeken we op een aantal zaken die ons een indicatie kunnen geven van de ernst en de oorzaak. Soms is het nodig om de urine op kweek te zetten, hiervoor moet steriele urine via een blaaspunctie worden afgenomen.

Naast een urineonderzoek is ook een lichamelijk onderzoek van de hond belangrijk. Meestal krijgt uw hond bij een blaasontsteking medicatie mee, in ieder geval antibiotica en vaak ook een ontstekingsremmer. Bij blaasgruis kan er een speciaal dieetvoer worden voorgeschreven. Als de klachten ernstig zijn of blijven aanhouden dan kunnen we verder aanvullend onderzoek adviseren, zoals röntgenfoto’s of een blaasecho.

LET OP: als u denkt dat uw hond (met name reu!) niet kan plassen, dan is dit een spoedgeval Bel ons direct. Blaassteentjes kunnen bij de reu vastlopen in de plasbuis en dit is levensbedreigend.

Heeft uw hond blaasproblemen?

Bel onze praktijk op 0165 - 854 324 om een afspraak in te plannen.

Artrose

Het dunne laagje kraakbeen dat op de botten in een gewricht zit kan langzaam slijten, waardoor bewegen pijnlijk wordt. In een verder gevorderd stadium groeien er (kleine) botnieuwvormingen aan de randen van de gewrichten. Deze veroorzaken niet alleen veel pijn maar kunnen er ook voor zorgen dat de mate van beweging beperkt wordt, simpelweg omdat ze in de weg zitten. Vanaf het eerste moment dat er schade optreedt in een gewricht is er sprake van een ontsteking. De ontsteking zelf zorgt voor meer irritatie, waardoor er weer meer ontsteking komt. Deze vicieuze cirkel stop niet vanzelf.

Bij een vermoeden van artrose, vaak op basis van het verhaal en het klinisch onderzoek, is het verstandig om röntgenfoto’s te maken om de ernst op dat moment vast te stellen. De uitgebreidheid van de behandeling zal onder andere daarvan afhangen. Want hoewel je versleten gewrichten niet meer als nieuw kunt maken, is het onnodig om een hond de rest van zijn leven met pijn te laten rondlopen.

Pijnstillers en ontstekingsremmers bij artrose
Honden die veel pijn hebben zullen aan alleen speciale voeding niet genoeg hebben. Zij zijn gebaat bij het geven van pijnstillers/ontstekingsremmers. Het is belangrijk om deze medicatie op te starten met een kuur van minimaal 2 weken, zodat de ontstekingsremmende werking de vicieuze cirkel van artrose kan doorbreken. We zullen altijd met u overleggen of de medicatie daarna (tijdelijk) geminderd of gestopt kan worden of niet. Sommige honden hebben levenslang medicatie nodig om goed te kunnen lopen.

Beweging erg belangrijk
Het is absoluut niet de bedoeling om een hond met artrose minder te laten bewegen. Beweging is essentieel om de gewrichten soepel te houden. Langs de fiets lopen of zwemmen, de zogenaamde rechtlijnige beweging, is perfect. Aangelijnd is beter dan los, omdat we bij los lopen minder controle hebben over de hond. Het spreekt voor zich dat bepaalde bewegingen minder verstandig zijn, zoals springen, acuut draaien, traplopen enzovoorts. Sommige dingen zijn uiteraard niet helemaal te voorkomen. Wij zijn van mening dat het belangrijk is om de juiste balans tussen ‘leuk’ (bal gooien, gek doen) en ‘verstandig’ (aangelijnd rechtdoor lopen) te vinden.

Meer informatie over artrose?

Bel onze praktijk op 0165 - 854 324 om u te laten informeren.

Hond drinkt en/of plast veel

Merkt u dat uw hond veel drinkt of plast? Dan is het goed om na te gaan hoeveel uw hond precies drinkt. Drinken is zo vanzelfsprekend dat we er vaak geen aandacht aan besteden. Toch is (veel) meer drinken één van de symptomen van veel ziektes, zoals nierproblemen, blaasontsteking of een baarmoederontsteking.

Zodra het u opvalt dat uw hond meer drinkt, is het zaak om dit goed in de gaten te houden. Soms valt niet alleen het meer drinken op, maar ook het meer plassen. Een hond kan vaker plassen en grotere plassen doen, dit merkt u meestal tijdens het uitlaten. In extreme gevallen kan uw hond de urine niet meer ophouden en wordt er in huis geplast.

Onderzoek
Om een onderliggend probleem vast te stellen of uit te sluiten, zullen we u vragen om de hoeveelheid water bij te gaan houden. Dit kunt u doen door een maatbeker te gebruiken bij het vullen en leegmaken van de waterbak. Zo ziet u precies hoeveel uw dier die dag gedronken heeft. Als u meerdere dieren heeft, dan kan dit natuurlijk lastig zijn. Daarom zullen we bij een verdenking tevens een lichamelijk onderzoek en een urine- en bloedonderzoek adviseren.

Urine- en bloedonderzoek
In de urine kunnen we zien of er daadwerkelijk meer geplast wordt en zo ja, hoe ernstig het probleem is. Ook kijken we of er ontstekingscellen in de urine zitten of bijvoorbeeld een teveel aan suiker. Het bloedonderzoek is belangrijk om (bijvoorbeeld) problemen met lever of nieren aan het licht te brengen. De lijst met mogelijke oorzaken is lang en we zullen indien nodig blijven doorzoeken totdat we de oorzaak gevonden hebben. Dan pas kunnen we beslissen wat de behandeling zal zijn.

Belangrijk: hoewel het soms vervelend kan zijn dat uw dier zo vaak moet plassen of zelfs in huis plast, is het zeer onverstandig om minder water te geven! Het plassen gaat namelijk gewoon door. Dus als uw dier minder drinkt, zal het gaan uitdrogen.

Drinkt en/of plast uw hond veel?

Bel onze praktijk op 0165 - 854 324 om een afspraak in te plannen.

Jeuk en huidklachten bij de hond

Net zoals mensen kan uw hond erg veel ongemak ervaren van jeuk. Het is daarom belangrijk om zo snel mogelijk een oplossing te zoeken voordat uw hond schade aanricht bij zichzelf door overmatig krabben. Het nare van jeuk is echter dat de oorzaak van de jeuk meestal niet zo snel gevonden is. Bij hele hevige jeuk kan een hond zichzelf gaan bijten en/of krabben, waardoor er kale plekken, wondjes en korstjes ontstaan. Regelmatig spelen parasieten zoals vlooien en mijten een grote rol bij het ontstaan van de jeuk, maar jeuk kan ook veroorzaakt worden door bijvoorbeeld een allergie of een huidschimmel.

Vlooien
Een veel voorkomende oorzaak van jeuk bij de hond is een vlooienbesmetting. Sommige honden hebben daarbij ook nog eens last van een vlooienallergie. Deze ontstaat door een allergische reactie van de hond op het speeksel van de vlo. Één vlooienbeet kan al voldoende zijn voor het ontstaan van heftige jeuk. Uw hond het hele jaar door ontvlooien is dus heel belangrijk. Naast vlooien zijn er ook andere parasieten, zoals mijten en luizen, die voor veel jeuk kunnen zorgen. Bij een schimmelinfectie heeft een hond over het algemeen weinig last van jeuk, maar kunnen er wel kale plekken en schilfers zichtbaar zijn.

Allergie
Als er geen beestjes in het spel zijn, wordt er onderzocht of er sprake is van een allergie, overgevoeligheid of atopie. Voedselovergevoeligheid of -allergie bij honden geeft vaak huidklachten. Jeuk aan de poten, in de liezen of oksels en/of terugkerende oorontstekingen, het kan allemaal. Deze klachten kunnen op elke leeftijd ontstaan.

Het kan zijn dat een hond ineens een reactie krijgt op het voer dat hij altijd al kreeg. Een speciaal hypoallergeen voer kan helpen bij het vaststellen van een voedsel gerelateerd probleem. Wanneer een speciaal dieet niet helpt dan kan er sprake zijn van een atopie. Dat is een allergie voor iets in de omgeving, zoals bepaalde soorten planten, pollen of stofmijten. Het is vaak lastig om er precies achter te komen waar de hond allergisch voor is. Soms kan een bloedonderzoek of huidtest uitsluitsel geven. Het gebeurt ook vaak dat er een behandeling tegen de jeuk gestart wordt zonder dat een exacte diagnose gesteld is. Als de hond veel last heeft van de jeuk is dit soms onvermijdelijk.

Meer informatie over jeuk en huidklachten?

Bel onze praktijk op 0165 - 854 324 om u te laten informeren.

Verstopte anaalklieren bij honden (sleetje-rijden/overmatig likken)

De anaalklieren van de hond bevinden zich zoals de naam al zegt in de buurt van de anus. Om precies te zijn: op 5 en 7 uur, net aan de binnenkant van de kringspier. Het zijn twee zakjes gevuld met een beetje sterk ruikende vloeistof. Elke keer als de hond ontlasting heeft komt er een beetje van die vloeistof mee. Hierdoor ruikt een hond: deze drol is van mij, van mijn vriendje van de buren, van een hond die ik niet ken.

Normaal gesproken legen de anaalklieren zichzelf en is er geen probleem. Bij sommige honden echter raken de zakjes over vol. Een oorzaak hiervoor is niet altijd te vinden. Omdat het een nogal vervelend gevoel schijnt te zijn gaan honden dan likken en bijten aan hun achterste of ze schuren over de grond (‘sleetje rijden’). Zodra u dit gaat zien kunt u bij ons een afspraak maken om de anaalklieren leeg te laten drukken. Bij sommige honden moet dit elke paar maanden gebeuren.

Soms ontstaat er, al dan niet als gevolg van een overvulling, een anaalklierontsteking of anaalklierabces. Hierbij is één van de anaalklieren verdikt en gevuld met pus. Een anaalklierontsteking kan zich razendsnel ontwikkelen en een hond kan er flink ziek van zijn en er veel pijn aan hebben. Een met pus gevuld anaalklierabces zal uiteindelijk doorbreken. De pus zoekt de snelste weg naar buiten en dat is naast de anus door de huid heen. Er is op dat moment dus een gaatje zichtbaar naast de anus waar bloed en pus uit komt.

Meer informatie over verstopte anaalklieren?

Bel onze praktijk op 0165 - 854 324 om u te laten informeren.

Meer informatie over behandelingen voor honden?
Neem dan vrijblijvend contact met ons op!

Bestelling